In maart eindigde Operatie Nemesis, de Sea Shepherd campagne tegen Japanse walvisstropers in de Zuidelijke Oceaan. Een terugblik op de campagne door kapitein Alex Cornelissen CEO en kapitein Peter Hammerstedt.
Aan het woord: Kapitein Alex Cornelissen CEO, maart 2017:
De aankomst van de Ocean Warrior in Henderson, West-Australië, begin maart luidde het einde in van Operatie Nemesis, de Sea Shepherd campagne tegen Japanse walvisstropers in de Zuidelijke Oceaan.
Onze schepen waren gedurende 93 dagen (Ocean Warrior) en 90 dagen (Steve Irwin) op zee. Tijdens deze periode waren ze op zoek naar het drijvende slachthuis Nisshin Maru. Met spijt in het hart moeten we zeggen dat we het Japanse schip niet in het vizier kregen.
Hoe succesvol de campagne was kunnen we pas inschatten wanneer de walvisstropers terug aanmeren en bekendmaken hoeveel walvissen ze gedood hebben. [Zie Addendum onderaan.] Maar we weten wel dat we hen gedurende onze tijd in de ongerepte wateren van Antarctica voortdurend op de vlucht hielden, hetgeen hen miljoenen dollars kostte.
Rekening houdend met de tijd die de stropers in de Zuidelijke Oceaan doorbrachten, is het duidelijk dat onze aanwezigheid hun efficiëntie aanzienlijk limiteerde. Het door hen zelf bepaalde quotum van 333 walvissen (aanzienlijk verminderd dankzij de campagnes van Sea Shepherd van de voorbije jaren) kon makkelijk bereikt worden in luttele weken als ze ongestoord konden opereren. Dit jaar hadden de walvisjagers meer dan 3 maanden nodig.
We wisten dat dit een moeilijke campagne zou worden, om verschillende redenen:
- Het nieuwe programma van de walvisjagers (NEWREP-A) verdubbelde de grootte van het jachtgebied ten opzichte van de voorbije jaren (toen nog onder het JARPA II programma, dat volgens het Internationaal Gerechtshof in 2014 niet steunde op ‘wetenschappelijke doeleinden’). Het grotere jachtgebied maakte het moeilijker om hen op te sporen.
- Door het verlaagde quotum van 333 walvissen lijkt het alsof we minder succesvol zijn dan vroeger, als we ons succes meten aan de hand van het aantal walvissen dat we redden. Toen het quotum nog op 1035 walvissen stond, konden we meestal voorkomen dat meer dan een derde van dat aantal gedood werd.
- De verlengde tijdsduur van het jachtseizoen staat de walvisstropers toe om in de Zuidelijke Oceaan te blijven zolang de weersomstandigheden dat toelaten. Het maakt het ook moeilijker voor Sea Shepherd, gezien onze gelimiteerde brandstofcapaciteit, om gedurende het hele jachtseizoen actief te zijn. De walvisjagers van hun kant beschikken over een schip dat verantwoordelijk is voor brandstoftoevoer en kunnen zo het hele seizoen hun activiteiten voortzetten.
- Een andere wijziging in hun zogenoemde ‘onderzoeksprogramma’ is het feit dat de quota nu overdraagbaar zijn: alle walvissen die we dit jaar kunnen redden, worden simpelweg bij het quotum van volgend jaar geteld.
Voor Sea Shepherd betekent dit het volgende:
- We moesten grotere afstanden overbruggen, hetgeen betekent dat we meer brandstof verbruikten.
- Telkens wanneer we in de buurt kwamen van de harpoenschepen of wanneer we weggegooide walvisrestanten in het water zagen, die aanduidden dat er recent walvissen waren gedood (wat dus wees op de nabijheid van de vloot), vluchtte hun moederschip met volle snelheid in de tegengestelde richting (zoals men kan zien op onze beelden).
- De Steve Irwin werd geschaduwd door de Yushin Maru 3 waardoor één van de harpoenschepen gedurende 36 dagen niet in actie kon komen.
- De Ocean Warrior werd op meerdere momenten opgemerkt door andere harpoenschepen. Een duidelijk teken dat deze schepen ons nieuw interceptorschip actief aan het traceren waren om de positie aan de Nisshin Maru door te geven. Dit zorgt ervoor dat ook zij de focus van hun hoofdtaak moesten verleggen. De superieure snelheid van de Ocean Warrior zorgde er tevens voor dat we de achtervolgende schepen snel konden afschudden, hetgeen de walvisjagers ongetwijfeld heel nerveus maakte.
Extra factoren:
- Het weer was heel slecht dit jaar waardoor het aantal dagen waarop de walvisjacht mogelijk was, gelimiteerd was.
- De walvisjagers hebben aangegeven dat ze geen enkele confrontatie wilden aangaan met Sea Shepherd. Dit is een heel andere strategie dan vroeger toen onze schepen werden geramd en we in één geval zelfs een schip kwijtraakten door de acties van Japanse walvisstropers.
De reden voor deze gewijzigde strategie is duidelijk: ze wilden tonen dat onze tussenkomst nutteloos was. Dat ze hun quota zouden halen ondanks onze aanwezigheid. Ze hoopten ons moreel zo te verlagen, tot op het punt dat we simpelweg zouden opgeven.
De vraag is: zijn ze geslaagd in hun opzet om ons onze strijd te doen staken?
Ongeacht het bereiken van hun quota kan ik bevestigen dat ze niet in hun opzet geslaagd zullen zijn om ons onze strijd te doen stopzetten. Ook al is het ons niet gelukt om met één van onze schepen hun moederschip te viseren (wat ons ultieme doel was), toch zijn we erin geslaagd hun operatie danig te verstoren. Voor elk van de 333 veroordeelde walvissen wiens leven we zouden kunnen redden, was het de moeite waard om ons ook dit seizoen op de Zuidelijke Oceaan te begeven. En zelfs al hebben ze hun quotum gehaald, toch was Sea Shepherd opnieuw de enige organisatie die in de weg stond van dit door de overheid gesponsorde stropersprogramma. We hebben beelden gemaakt van een dode walvis die op het dek van het slachtschip lag terwijl de internationale gemeenschap niets deed. De Australische overheid verwelkomde de Japanse Eerste Minister zelfs met open armen.
dode walvis op het dek van het slachtschip (foto Seashepherd)
Waarom? Omwille van zowel handelsovereenkomsten als politieke overeenkomsten met Japan. Omdat financieel winstbejag hoger op de agenda staat dan de bescherming van sociale en intelligente diersoorten. Omwille van één land dat zich verzet tegen de mening van de rest van de wereld.
De ervaringen van dit jaar hebben ons geleerd dat we meer moeten doen als we de strooptocht volgend seizoen willen tegenhouden. We zijn een grassroots organisatie die een oorlog voert tegen de door Japan gesponsorde walvisstropers. We steunen op donaties en vrijwilligers terwijl de stropers miljoenen spenderen om deze slachtpartijen te behouden en zo de onbestaande vraag naar walvisvlees te bevredigen en een industrie in leven te houden die in geen jaren inkomsten heeft gegenereerd.
We hebben jullie steun meer dan ooit nodig als we ons doel willen bereiken. Als we de middelen hadden, zouden we tien schepen sturen. Mijn hart is gevuld met trots voor de bemanning van de Ocean Warrior en de Steve Irwin. Zij waren de enigen die tussen de walvissen en hun stropers stonden. Vijf keer heb ik zelf de wateren van de Zuidelijke Oceaan bevaren. Ik ken de offers die de bemanningen brengen tijdens het trotseren van stormen en tegenspoed, het bekampen van zeeziekte en de afstand die er is tussen hen en hun geliefden terwijl de hele wereld de feestdagen viert. Daarom heb ik het grootste respect voor elk lid van onze bemanning.
de Ocean Warrior en de Steve Irwin (foto Seashepherd)
Addendum Vlak na het verschijnen van dit commentaarstuk ontving Sea Shepherd het bedroevende nieuws dat de Japanse walvisstropers hun zelfopgelegde quotum hebben gehaald, ondanks de harde inzet van onze scheepsbemanningen.
Kapitein Peter Hammarstedt reageert:
Dit is zeker een zware teleurstelling, maar we mogen niet vergeten dat het Japanse programma voor walvisjacht in Antarctica vandaag radicaal verschilt van dat van vijftien jaar geleden, toen we met onze campagnes ter verdediging van walvissen in Antarctica begonnen. (nvdr: zoals in het commentaarstuk ook uitgelegd)
Ik heb commentaren gelezen dat Sea Shepherd meer schepen naar de Zuidelijke Oceaan had moeten sturen. Dit was onmogelijk omwille van geplande onderhoudsbeurten, financiën en andere verplichtingen. Maar ook: Sea Shepherd is geen organisatie die louter tegen walvisvangst strijdt. Sea Shepherd heeft als doel alle leven in zee wereldwijd te beschermen. Elk extra schip dat we naar de Zuidelijke Oceaan hadden gestuurd dit jaar, was ten koste gegaan van het leven van dieren die we bij andere operaties hebben gered. We betreuren vandaag de walvissen die zijn gestorven - en vechten verder voor de oceanen zoals we altijd hebben gedaan.